Van de haven Tanjung Uban ging het met taxi’s
naar Mana Mana Beachclub. Dit vakantiepark lag in een afgesloten re-
sort op het noordelijke punt van het eiland. De goed bewaakte toegangs-
poort tot het gebied leek echt op een grensovergang zoals we die vroeger kenden, com-
pleet met slagboom en wachthok bemand door beveiligers. Als je eenmaal op het resort
was dan had je het gevoel dat je je niet meer op Indonesisch grondgebied bevond. Het was
totaal anders dan we van dit land gewend waren. Keurig onderhouden geasfalteerde wegen
en bijgehouden groen, geen chaotisch verkeer ( er
was eigenlijk bijna geen verkeer) en je zag ook ner-
gens langs de kant van de weg verkoopstalletjes met
eten of souvenirs. Dit was niet het Indonesië dat ons
zo goed bevallen was.
naar
Dit vakantiepark had een prachtig wit strand dat
elke morgen werd schoongemaakt. De zee was hel-
der en het water had een lekkere temperatuur.
De kinderen hebben zich hier geweldig vermaakt. Jetskiën, waterskiën, luieren
op het strand, zwemmen in de zee en in het zwembad van een naburig
hotel, het kon allemaal niet op. Alleen hing hier wel een heel duur prijs-
kaartje aan. Zelfs het eten hier was prijzig en een medewerker van dit
vakantiepark deed ons zelfs de suggestie om elders uit te gaan eten. Er
reed een shuttlebus naar een soort markt waar je veel goedkoper kon eten
en het was bovendien erg lekker daar. Zelfs de Zwitserse manager van Mana Mana beach-
club zagen we daar zijn maaltijden nemen.
De bungalows die we toegewezen
kregen lagen best een eind lopen
naar het strand en de andere faci-
liteiten. We zagen daarom dan ook
best veel vakantie gasten die ge-
bruik maakten van die golfkarre-
tjes. Het was in de periode dat wij
daar waren echt bloedheet en elke
keer als ik van buiten naar binnen
liep besloegen mijn brillenglazen.
Nog nooit meegemaakt. Voor de
kinderen was het hier een paradijs,
maar zelf vonden Francie en ik het
hier minder leuk. Maar het hoofd-
doel van onze trip naar deze eilan-
den was de plaats Tanjung Pinang,
mijn geboortestad. Bij de info
balie hadden we al navraag gedaan
naar een huis dat tegenover de ou-
de gevangenis lag en in die straat moest ook een ziekenhuis gestaan hebben. een politie agent die op het park dienst had zei dat
hij die plek wel kende en dat de taxi chauffeur er ons wel heen zou rijden. Francie en ik zouden alleen gaan, omdat de kinderen
zich verder wilden vermaken aan het strand. Heel begrijpelijk.
Vandaag zouden Francie en ik naar Tanjung Pinang
rijden. We hadden voor de hele dag een taxi ge-
huurd. Eenmaal van het resort af reden we weer
door het echte Indonesië. De behuizing aan de
kant van de weg kwam weer bekend voor en ook
zag je weer de vertrouwde eet kraampjes.
De stad Tanjung Pinang was veel groter dan ik in gedachten had. Drukke winkelstraten met
grote warenhuizen en veel verkeer. De chauffeur reed ons meteen naar Jalan Jail, de straat
waar de gevangenis lag. Vanaf het gevangenisgebouw, dat nu een andere functie had, liep een oplopende weg naar een brede
straat. In deze straat recht tegenover de gevangenis moest mijn geboortehuis staan. Francie en ik zijn die weg omhoog gelopen
en er stond inderdaad nog een huis en ook een ziekenhuis zoals mij thuis verteld was. Het verhaal dat ik vanuit Nederland had
meegekregen klopte dus. We hebben een tijdje voor het huis gestaan om foto’s en video opnames te maken. Maar er kwamen
geen herinneringen naar boven, ook geen enkele emotie of zoiets. het was allemaal toch te lang geleden. De huidige bewoner
van het pand, een Chinese man, kwam nieuwsgierig geworden van onze aanwezigheid voor zijn huis, naar buiten en we raakten
in gesprek. Van de familie Coenraad had hij nog nooit gehoord, wel wist hij te vertellen dat het al een oud huis was.
Onze chauffeur reed ons daarna naar het centrum van de stad. Toen Francie
erg naar het toilet moest is ze n hotel binnen gelopen waar ze zonder enig
probleem gebruik mocht maken van de wc. Omdat we honger begonnen
te krijgen besloten we ook maar om daar te blijven eten en wat te
drinken. dat was een goed besluit. We hebben daar heerlijke gar-
nalen gegeten met alles erop en eraan. Ook de bediening was aller-
hartelijkst. We aten buiten op een veranda die op palen in het water
rustte. Van hieruit had je een prachtig overzicht op de haven en de
paalwoningen die typisch waren voor Tanjung Pinang. We hebben van het
eten en de uitzicht echt genoten. Vervolgens reden we verder om een
indruk te krijgen van deze stad. Er was veel nieuwbouw en wat me erg
opviel waren de luxe kantoor appartementen en grote malls. Hij bracht
ons ook naar een heuvel van waaruit je een goed overzicht had op de
haven en de zee. Tanjung Pinang was vroeger een belangrijke haven vanwege zijn gunstige ligging tegenover
Singapore. Bij helder weer kon je van hieruit die metropool zien liggen zei hij. omdat we de hele dag in Tanjung
Pinang wilden blijven hebben we er nog heerlijk rondgewandeld, terrasjes gepikt en uiteraard gewinkeld. Ik was
blij dat hier niet die sfeer heerste als op dat resort.
Deze oude foto’s van Tanjung Pinang heeft mijn vader genomen eind jaren ‘40 .
Dit was onze laatste dag op het eiland. De volgende ochtend zouden we vertrekken naar het eiland Batam en daar het
vliegtuig nemen naar Jakarta. Vanuit Jakarta ging het dan verder naar Bogor, waar we onze laatste dagen in Indonesié
zouden doorbrengen en dan terugvliegen naar Amsterdam.
Twee overnachtingen
in Mana Mana kost-
ten bijna 400 euro
waarbij de helft
vooruit betaald
moest worden en wel in
Amerikaanse dollars.
Voor twee jetskies was je per uur
134 euro Kwijt. Dit geeft aan hoe duur
zo’n verblijf hier was. En alles werd afgerekend
in US dollars of Singaporese dollars. Indonesische
rupia’s werden niet geaccepteerd.