de familie Coenraad uit Someren
Vakantie Indonesië 1997
Bogor
de bungalows in Garden Guesthouse Bogor
De bungalows in het park
Dit mooie bungalow park lag 10 km. ten westen van Bogor en was via de snelweg goed te bereiken. Het had een vriendelijke staf, buitenzwembad, mini-golf en een groot overdekt terras waar je heerlijk in de open lucht kon eten.
Vanuit dit park reden we naar Bogor voor een bezoek aan de wereldberoemde botanische plantentuin “Kebun Raya Bogor”. Bogor ligt op op 290 meter boven de zeespiegel op de helling van de Gunung Salak. Het heeft een relatief koel klimaat en het wordt ook wel de regenstad van Indonesië genoemd. De botanische tuin telt ruim 12.000 verschillende plantensoorten en 3000 orchideesoorten en is hiermee de grootste op het zuidelijk halfrond en de rijkste wat het aantal plantensoorten betreft.
Op het park is het buitenver- blijf Buitenzorg te zien. Nu heet het Istana Bogor ( het paleis Bogor). Op die dag konden we dit gebouw niet bezoeken, omdat het geslo- ten was. Beroemd zijn de vijvers met de enorme bladeren van de waterlelie.
Na ons bezoek aan de botanische tuinen ging de reis ver- der naar Sukabumi. We volgden de route van “de heren van de thee” en deden enkele theeplantages aan. Ook brachten we voor de eerste keer een bezoek aan een Indonesisch restaurant. Na uitge- breid gegeten en gedronken te hebben vroeg ik om de rekening. In eerste in- stantie dacht ik dat de restauranthouder zich vergist had en alleen maar de drank in rekening had gebracht. We moesten nog even wennen dat, vergele- ken met Nederland, het eten hier erg goedkoop was. In Sukabumi namen we onze intrek in hotel Wisma Rengganis. Voor de eerste keer werden we vroeg in de ochtend opgeschrikt door de oproep voor het ge- bed dat door de luidsprekers van de moskee schalde. Dit was geheel nieuw voor ons, maar na een paar dagen waren we hier al helemaal aan gewend.
Ook nieuw voor ons was een bezoek aan het centrum van een stad. Wat meteen opviel was in onze ogen het chaotische verkeer. Er werd zowel links als rechts ingehaald en het was een ge- toeter van jewelste. Ook was het een sport om heelhuids over te steken. In het centrum van de stad gingen we eerst op zoek naar een bank om het Nederlands geld in ruphia’s om te wisselen. Toen we bij een bank naar binnen wilden stappen werden we daar aangehouden door een persoon in uniform. We gingen er vanuit dat hij bij de bewaking hoorde, maar tot onze grote verbazing gingen we het bankgebouw niet in, maar bracht hij ons een paar straten verder naar een wisselkantoor waar we ons geld konden inwisselen. Indonesië blijft het land van de grote ver- rassingen. In het centrum lekker ge- geten in een restaurant en ook de eerste voetbalshirtjes gekocht voor Rens en Lasja.